Vrijwilligerswerk is een wondermiddel tegen eenzaamheid en armoede, dat vindt de Almeerse Peter Prins. Het vormt een rode draad in zijn leven. “Het is een win-winsituatie,” zegt hij daarover. “Je helpt de maatschappij én jezelf.” Peter zet zich voor meerdere organisaties vrijwillig in. We spraken hem in ‘Het huis van de waterwijk’, waar de redactie van 1Almere deze week aanwezig is met een pop-up redactie.
“Zeg alsjeblieft ‘je’, zo oud ben ik niet,” lacht Peter. Inmiddels kan hij weer lachen, maar een paar jaar geleden maakte hij een hele zware periode mee. “In 2017 ervaarde ik hoe het was om écht hulp nodig te hebben. Nadat ik van mijn vrouw scheidde, woonde ik acht weken lang bij het Leger des Heils. Dat is echt de bodem. Lager dan dat kun je niet gaan.”

“Daar leerde ik hoe belangrijk een netwerk is. Toen ik na twee maanden op straat terechtkwam [de opvang bij het Leger des Heils loopt na een bepaalde tijd af, red.], kreeg ik een kamer via een hospita die ik kende van eerder vrijwilligerswerk. Daar heb ik vier jaar lang gewoond.
Als ik nu terugkijk, vergeet ik weleens hoe het was. Het had veel slechter kunnen aflopen.”
“Maar niet iedereen had dat geluk. Sommigen stonden in volledige overlevingsmodus en leefden niet meer echt. Ze kenden alleen paniek. Als ik nu terugkijk, vergeet ik weleens hoe het was. Het had veel slechter kunnen aflopen. Als je dat netwerk niet hebt, kan het zomaar gebeuren dat je op straat belandt.”
Almeerse Burgerbaan
Als projectcoördinator bij de Almeerse Burgerbaan helpt Peter anderen om vrijwilligerswerk te doen. Daarvoor krijgen ze een vergoeding. “Dat is net een beetje extra voor hen. Niet iedereen daar heeft het breed, en dit helpt. Met vrijwilligerswerk bouwen ze bovendien een netwerk op.”
“We helpen mensen die minder hebben, maar de vrijwilligers mogen zelf kiezen welk werk ze doen. Als ze het niet leuk vinden, doen ze gewoon iets anders.”

Koffie
Daarnaast schenkt hij in het Huis van Waterwijk twee keer per week koffie in voor mensen die even langs willen komen voor een praatje. “Er zijn veel ouderen hier. Onder hen merk ik veel eenzaamheid. Niet bij iedereen, sommigen redden zich prima alleen. Zo komt er hier een man die al 34 jaar alleen woont. Hij redt zich prima.”

Hij vervolgt: “Maar er zijn ook een aantal mensen die het moeilijk hebben, omdat hun partner een paar jaar geleden overleden is, bijvoorbeeld. Zij zijn dan al negen of tien jaar alleen. Die denken dan toch: ‘fuck, dit is pittig’. Op zulke momenten merk je toch dat zo’n gesprek in het koffiehuis echt een uitje voor ze is om toch nog even in contact te komen met mensen. Daarna fleuren ze dan helemaal op en gaan ze met een vrolijk gezicht naar huis.”
Dat doet hij graag voor anderen. “Dat is heel lonend. Het is altijd weer gezellig, ook al zijn die mensen allemaal oud. Het helpt ook bij mijn eigen eenzaamheid. Ik heb veel contacten via mijn vrijwilligerswerk, maar bijvoorbeeld tijdens de feestdagen blijft het lastig. Dan ben je toch alleen thuis.”

“Ik weet zeker dat er veel eenzaamheid achter de deur bij mensen schuilt, die anderen niet zien. Vrijwilligerswerk is heel helend op zulke momenten. Dat zie ik ook bij mijn zoon, die zit nu thuis naast zijn opleiding en spendeert veel tijd in het buurtcentrum. Hij heeft veel aan de contacten met de mensen hier. De man, die al 34 jaar alleen is, praat vaak met hem. Ik heb laatst een foto van ze gemaakt: hij leek net zijn opa. Dat vond ik mooi.”
Peter wil anderen ook nog iets meegeven: “Ontwikkel een netwerk! Vrijwilligerswerk helpt daarbij. En weet je wat het is, vanaf de bodem kun je alleen omhoog. Op een gegeven moment besef je dat je niet meer laag wilt zijn. Daarna kan het alleen maar beter worden. In een film die ik mooi vind, werd ooit gezegd: ‘God geeft je geen liefde, maar de kans om liefde te vinden.’ Je krijgt niet zomaar alles aangedragen, maar je krijgt wel de kans om een uitdaging aan te gaan.”