Het aantal Almeerders dat start als zzp’er daalt, terwijl het aantal dat stopt fors toeneemt. Uit cijfers van de Kamer van Koophandel (KvK) blijkt dat het aantal starters tussen december 2023 en december 2024 met ongeveer 23% is afgenomen. Tegelijkertijd is het aantal stoppers in dezelfde periode met 72% toegenomen. Een mogelijke oorzaak hiervan is de strengere handhaving van de wet die schijnzelfstandigheid moet tegengaan.
Er is al jaren een stijging te zien in het aantal zzp’ers in Almere. Ondanks de afname van het aantal starters en de toename van het aantal stoppers steeg het totale aantal zzp’ers ook in 2024. Dit komt doordat er in eerdere jaren meer nieuwe zzp’ers zijn gestart dan er stopten. Deze groep blijft actief bijdragen aan de groei van het aantal zelfstandig ondernemers.
In december 2024 schreven 340 Almeerse zzp’ers zich uit bij de KvK, tegenover 198 in december 2023. Het aantal starters daalde van 319 in december 2023 naar 246 in december 2024.
Strengere handhaving schijnzelfstandigheid
De forse stijging in het aantal stoppende zzp’ers kan samenhangen met nieuwe regelgeving rondom schijnzelfstandigheid. Per 1 januari 2025 heeft de overheid de controle op schijnzelfstandigheid bij zzp’ers aangescherpt. Er is sprake van schijnzelfstandigheid wanneer iemand als zelfstandige werkt, maar feitelijk een werknemer is. De Belastingdienst controleert nu strenger op dit soort situaties.
De Belastingdienst gaat actief controleren of de arbeidsrelatie tussen opdrachtgevers en zzp’ers voldoet aan de regels van de Wet DBA. Als blijkt dat een zzp’er feitelijk in loondienst werkt, kunnen opdrachtgevers verantwoordelijk worden gehouden voor het betalen van loonbelasting en sociale premies. Hoewel er in 2025 een overgangsperiode geldt waarin geen boetes worden opgelegd, kunnen naheffingen met terugwerkende kracht wel plaatsvinden.
Voor zzp’ers betekent dit dat ze zorgvuldig moeten aantonen dat ze daadwerkelijk zelfstandig werken. Zo kunnen ze bijvoorbeeld laten zien dat ze voor meerdere opdrachtgevers werken om aan te tonen dat er geen sprake is van een verkapt dienstverband.