Het Openbaar Ministerie eist 180 uur werkstraf en een voorwaardelijke celstraf van 177 dagen tegen een 42-jarige Almeerder die in april 2020 brand zou hebben gesticht bij een zendmast voor politie en andere hulpdiensten in Almere Haven. Ruim vierenhalf jaar na de brandstichting aan de Sluiskade zat de man dinsdag bij de rechtbank in Utrecht in het verdachtenbankje.
Bij de zendmast voor het C2000-communicatienetwerk werd op de avond van 13 april 2020 brand gesticht door een opgehangen autoband met houtkrullen aan te steken. Een getuige alarmeerde de brandweer waardoor het vuur snel kon worden geblust en de schade beperkt bleef.
Diezelfde maandagavond was bovendien brand gesticht bij een andere zendmast voor telecommunicatie bij Sportpark de Marken. In het voorjaar van 2020 werden door heel Nederland zendmasten in brand gestoken, mogelijk uit protest tegen de uitrol van het 5G-netwerk. Volgens tegenstanders zou de straling slecht zijn voor gezondheid en milieu.
In beeld door dna
De Almeerder kwam pas in januari 2022 als verdachte van de brandstichting aan de Sluiskade in beeld omdat zijn dna toen overeen bleek te komen met het dna op een afgescheurd stuk van een zwarte latex handschoen.
Dat stuk latex was tussen ander afval aangetroffen in de bosjes bij de zendmast. De brandstichter zou zich daar enige tijd hebben opgehouden voordat hij over het hek klom.
Verder leek de Almeerder op de vermeende brandstichter en reed hij ook nog eens in een auto van hetzelfde merk. Man en auto waren kort voor de brand gefilmd door een bewakingscamera van een nabijgelegen jachthaven.
Bovendien concludeerde een looppatroon-analist na vergelijking van camerabeelden dat het ‘veel waarschijnlijker’ was dat de vermeende brandstichter en de Almeerder dezelfde persoon waren dan dat het om twee verschillende mensen zou gaan.
De Almeerder erkende in de rechtszaal dat hij ‘alle schijn tegen had die ik maar tegen me kan hebben’, maar volgens de man had hij niks met de brandstichting te maken. Het stuk latex met zijn dna moest volgens hem afkomstig zijn van de spelletjes met latex handschoenen die hij met zijn destijds vijfjarig zoontje op een nabijgelegen strandje speelde. Ze bliezen de handschoenen op, schoten ze als een katapult weg of vulden ze met zand en water.
Vrouw was tegen 5G
Geëmotioneerd vertelde de Almeerder dat zijn vrouw fel anti-5G was geweest en dat hij daarin soms te meegaand was geweest om ruzies thuis te vermijden, maar hij betwistte nadrukkelijk dat hij de brand had gesticht om haar ter wille te zijn. Dat zou hij nooit doen en zou zij ook niet willen, aldus de man. “Zij verlangt niet van mij dat ik zo’n ding in de fik ga steken.”
Ondanks zijn ontkenningen vond de officier van justitie bewezen dat de Almeerder de brandstichter was geweest, maar zijn raadsman pleitte voor een volledige vrijspraak. Hij verweet de politie dat ze na de dna-match alleen naar bewijs hadden gezocht om de verdenking tegen zijn cliënt ‘in te kleuren.’
Volgens de raadsman is er geen enkel bewijs dat de man op de camerabeelden ook de brandstichter was of dat hij een zwarte latex handschoen had gedragen. Bovendien leek het hem onwaarschijnlijk dat de Almeerder in zijn eigen buurt, met zijn eigen auto en zonder gezichtsbedekking brand zou gaan stichten met een hoog risico op herkenning.
Ook toonde de advocaat zich kritisch over de looppatroon-analyse. Daar schortte volgens hem het nodige aan. De Almeerder wilde zelf niet reageren op de bevindingen van de deskundige. “Heel eerlijk, ik kan er niet zoveel mee. Want ik ben het niet”, aldus de man.
De rechtbank doet dinsdag 19 november uitspraak. De Almeerder zat na zijn aanhouding drie dagen in voorarrest.