De gemiddelde perceeloppervlakte van Nederlandse tussenwoningen is de afgelopen decennia met 29,7% gedaald. Dit terwijl de woonoppervlakte juist met 21,1% is gestegen. Huizen worden dus steeds groter, terwijl tuinen kleiner worden. Dit geldt echter niet voor de provincie Flevoland, waar men op een relatief ruim perceel woont.
Onderzoek
Regiocontainer.nl deed onderzoek naar de grootte van percelen in Nederland. Er werden 56.500 kenmerken van te koop en te huur staande woningen van grote vastgoedplatformen voor consumenten geanalyseerd.
Perceeloppervlakte daalt fors
Sinds 1950 is de gemiddelde oppervlakte constant aan het dalen. In de jaren ‘50 was de gemiddelde oppervlakte 187,3m². Anno 2019 is het perceel van een tussenwoning gemiddeld nog maar 131,7m² groot. Per decennium daalt de perceeloppervlakte van tussenwoningen met 5,6%.
De gemiddelde woonoppervlakte van een tussenwoning is sinds 1950 juist met 21,1% gestegen. Tussen de jaren ‘60 en ‘70 was de stijging het grootst (11,3%). Tussenwoningen die gebouwd zijn sinds 2010 zijn juist weer 7% kleiner dan woningen met een bouwjaar tussen 2000 en 2009.
Huizen groter
Om een indicatie te geven van de hoeveelheid perceeloppervlakte die wordt gebruikt voor woonruimte, is het woon/perceel-ratio berekend. De woon/perceel-ratio is sinds de jaren ‘50 flink gestegen, van 53,1% naar liefst 91,4%. De woon/perceel-ratio steeg met gemiddeld 10% per decennium. Doordat de woonoppervlakte is gestegen, is er weinig ruimte op het perceel voor een tuin. Tuinen zijn hierdoor relatief gezien steeds kleiner geworden.
Flevolander woont ruim
In Flevoland staan de onderzochte tussenwoningen op de grootste gemiddelde perceeloppervlakte van Nederland: 200m². De woningen die erop gebouwd zijn, hebben gemiddeld een oppervlakte van 118m². Daarmee heeft een doorsnee Flevolandse tussenwoning de meeste buitenruimte van Nederland, namelijk minstens 82m².
Resultaten
Bekijk alle resultaten op de onderzoekspagina van Regiocontainer.nl.
Foto
Bron: Nulzesendertig
Bron
Dit artikel is een ingezonden bericht en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.