In het centrum van Almere is zaterdagmiddag Keti Koti gevierd. Tijdens Keti Koti wordt de afschaffing van de slavernij herdacht én gevierd. De slavernij werd op 1 juli 1863 afgeschaft.
Keti Koti betekent ‘verbroken ketenen’. Om de afschaffing van de slavernij te vieren liepen enkele tientallen dames, gekleed in traditionele Surinaamse kostuums een optocht door het centrum van de stad. Ze werden bij deze zogeheten ‘Prodo Waka’ of ‘trotse tocht’ begeleid door een drumband.
Lucia Fer van het Comité 30 juni – 01 juli Flevoland hoopt dat de optocht aanzet tot reflectie. Want de kennis over de slavernij kan beter, zegt ze. “De witte zijde moet weten wat er gebeurd is. Deze geschiedenis is nooit uitgebreid op school verteld. Sommige mensen weten er niet eens van. Iemand vroeg mij laatst of Keti Koti een gerecht was, zoals heri heri. Nee dus.”
Excuses maken
Volgens Fer is het hoog tijd dat Nederland de eigen geschiedenis accepteert. “Die verschrikkelijke geschiedenis, die moet jij kennen. Die moet je erkennen. En je moet er excuses voor maken. Dan weet je dat je er iets mee moet doen. En dan kunnen we het er over hebben.”
Bezoekers op straat genoten van de optocht en de muziek van de drumband. Maar de toeschouwers waren ook op de hoogte van de reden van de optocht. “Het is 1 juli he”, zegt een meneer. “De afschaffing van de slavernij. Het is goed dat dit gebeurt.”
Bezoekers van het Almeerse stadshart met een Surinaamse of Antilliaanse achtergrond zeggen de optocht te ervaren als een bevrijding. “Het betekent voor mij dat ik mijn vrijheid mag vieren. En dat we dat mogen doen op onze manier”, zegt een mevrouw. “Nederland is één van de laatste landen geweest die de slavernij afschafte”, zegt een jonge bezoeker. “Dat is volgens mij best een feestje waard.”
Dit bericht is tot stand gekomen door een samenwerking tussen 1Almere en Omroep Flevoland.